De SDG’s als opvolger van de Millenniumdoelen

Het jaar 2015 was het eindjaar voor de Millenniumdoelen: de afspraken die de Verenigde Naties in 2000 hadden gemaakt om armoede uit te bannen. Al vanaf 2012 besprak de wereldgemeenschap wat er daarna zou moeten gebeuren. Iedereen was het erover eens dat het zinvol zou zijn de afspraken te hernieuwen. Dankzij die afspraken was er jarenlang met vereende krachten doelgericht gewerkt aan het bestrijden van honger, armoede en ziekten, en aan het verbeteren van onderwijs. De levensomstandigheden van miljoenen mensen waren daardoor aanmerkelijk verbeterd.

Maar lang niet alle doelen waren in die vijftien jaar bereikt. En de verschillen in vooruitgang tussen landen en bevolkingsgroepen waren soms erg groot. Met nieuwe afspraken zouden we werk kunnen maken van de achtergebleven doelen. Wel is in de loop van de jaren gebleken dat het nodig was om de afspraken aan te passen aan nieuwe inzichten:

Vooruitgang voor iedereen

‘Leave no one behind’ is het motto van de SDG’s: iedereen moet deel kunnen hebben aan duurzame ontwikkeling, niemand moet worden achtergelaten. Ontwikkeling, het beleid en de maatregelen ervoor, moeten ‘inclusief’ zijn: rekening houden met iedereen. In de nieuwe doelen is daarom veel meer aandacht voor mensenrechten.

Duurzame ontwikkeling

De SDG’s houden rekening met de inzichten over grenzen aan de groei. Als we geen aandacht schenken aan ecologische duurzaamheid, zal sociale en economische vooruitgang uiteindelijk spaak lopen.

Onderlinge samenhang

Terwijl de Millenniumdoelen nog konden worden gezien als een lijst van 8 aparte doelen, bestaat bij de SDG’s heel duidelijk het besef dat alle doelen met elkaar samenhangen. Onderlinge afstemming van beleid, samenwerking met verschillende sectoren en het op één lijn brengen van nationaal, regionaal (Europees) en internationaal beleid volgt daaruit.

Universeel

In de praktijk hadden de Millenniumdoelen vooral betrekking op ontwikkelingslanden en op de hulp van donorlanden daartoe. De SDG’s gelden nadrukkelijk voor de hele wereld. Elk land, dus ook Nederland, moet zich inspannen voor duurzame ontwikkeling. Niet alleen in eigen land, maar ook over de grenzen heen.

Een opdracht voor iedereen

In de loop van de jaren is duidelijk geworden dat ontwikkeling niet alleen door nationale overheden tot stand kan worden gebracht. Andere partijen, zoals maatschappelijke organisaties, bedrijven, internationale instellingen en onderzoekscentra spelen ook een belangrijke rol. En niet te vergeten de burgers zelf.

Betrokkenheid

Dat iederéén verantwoordelijk is voor duurzame ontwikkeling, kwam al tot uiting in hoe de SDG’s zijn opgesteld. Een belangrijk punt van kritiek op de Millenniumdoelen was, dat ze te veel van bovenaf waren opgelegd. Voor de SDG’s zijn sinds 2012 allerlei consultaties gehouden om zo veel mogelijk stemmen gehoord te krijgen. Niet alleen van overheden, ook van specialisten en onderzoekers, vertegenwoordigers uit diverse sectoren, en burgers uit alle landen.