Op 26 oktober ging GCE Nederland in gesprek met de commissie van BuHaOs om een extra bijdrage te vragen voor de Global Partnership for Education. Hierbij werd ook de zorg geuit dat veel meisjes na de schoolsluiting door COVID-19 niet terugkeren naar school, vanwege onder meer zwangerschappen en gearrangeerde huwelijken.

Op 8 maart, Internationale Vrouwendag, maakte de Nederlandse overheid bekend dat er 50 miljoen euro beschikbaar komt voor kinderen, met name meisjes, in ontwikkelingslanden om onderwijs te kunnen volgen.

“Onderwijs is een fundamenteel mensenrecht en een investering in de toekomst van elk meisje en elke jongen. Met goed onderwijs kunnen zij richting geven aan hun eigen leven. Onderwijs biedt ook kansen op beter werk en een fatsoenlijk inkomen,” aldus minister Sigrid Kaag.

Uiteraard is dit goed nieuws, want al de middelen toegekend aan het onderwijs zijn zeer welkom. Echter was de oproep op 26 oktober voor een extra bijdrage van 100 miljoen euro. Het is teleurstellend dat dit maar de helft is geworden.

Lees hier het persbericht.