06-10-2016 | “Waar de overheid niet in staat is om goed onderwijs te bieden, biedt goedkoop privaatonderwijs een uitkomst voor arme families”  is een claim die steeds meer opgang doet. De Global Campaign for Education onderzocht en weerlegt deze claim in een nieuw rapport: ‘Private Profit, Public Loss’.

 

Privaatonderwijs een oplossing voor ontwikkelingslanden?

263 Miljoen kinderen en jongeren in de wereld kunnen niet naar school, en waar kinderen wel onderwijs volgen, is dit soms van erbarmelijke kwaliteit. Is privaatonderwijs de oplossing? In de afgelopen jaren zijn steeds er steeds meer aanbieders gekomen van ‘low-fee private schools’ (LFP-scholen). Deze scholen richten zich op arme gezinnen in ontwikkelingslanden en vragen in vergelijking met andere private scholen slechts weinig schoolgeld. Zo is Bridge International Acadamies actief in Kenia en Oeganda, Omega Schools in Ghana en APEC Schools in de Filipijnen. Belangrijke donoren zoals de Britse Department for Intenational Development en de Wereldbank staan welwillend tegenover commerciële aanbieders van onderwijs.

GCE onderzoekt de claims

Met het rapport ‘Private Profit, Public Loss: why the push for low-fee private schools is throwing quality education off-track’ onderzoekt GCE-Internationaal de voornaamste claims waarmee privaatonderwijs opgeld doet. Algemene conclusie: er is nauwelijks bewijs dat privaatonderwijs in ontwikkelingslanden beter is dan het publieke onderwijs, terwijl er wel bewijs is dat het sociale en economische ongelijkheid versterkt. Overheden in ontwikkelingslanden kunnen daarom beter stoppen met commerciële initiatieven en investeren in hun publieke onderwijsvoorzieningen.

‘De private scholen bieden onderwijs van betere kwaliteit’

Structureel gebrek aan investeringen leidt bij publiek onderwijs tot slechte kwaliteit. Maar de LFP-scholen doen het niet veel beter. Goede en gekwalificeerde leerkrachten zijn de belangrijkste bepalende factor voor de kwaliteit van onderwijs. Maar de LFP-scholen bieden vaak universele standaardlessen op een tablet, gegeven door mensen die een korte training voor leerkracht hebben gehad, veelal slechts van drie weken. Studies die de onderwijsresultaten van publieke en LFP-scholen vergelijken, komen hooguit tot de conclusie: ‘het onderwijs op LFP-scholen is iets minder slecht’.

‘De private scholen zijn voor iedereen betaalbaar’

Het schoolgeld voor LFP-scholen is lang niet altijd op te brengen door de arme families voor wie het LFP-onderwijs bedoeld is. Een voorbeeld: in Nigeria bedraagt het schoolgeld voor een LFP-school voor 1 kind 20% van het jaarlijkse minimumloon. Het gemiddeld aantal kinderen in een gezin is 5-6, zodat al het inkomen zou opgaan aan schoolgeld als alle kinderen naar school zouden gaan. En 60% van de bevolking verdient nog minder dan het minimumloon.

‘De private scholen maken onderwijs toegankelijk voor de meest achtergestelde groepen’

Waar arme ouders slechts één kind naar school kunnen laten gaan, kiezen ze vaak zonen boven dochters. De onderwijsachterstand van meisjes wordt zo vergroot. LFP-scholen zijn verder amper te vinden in gebieden waar het gebrek aan onderwijs het meest nijpend is, zoals in rurale gebieden en gebieden die getroffen zijn door rampen en conflicten. Ook komt discriminatie voor door impliciete of expliciete selectie van de meest veelbelovende studenten. Zo zijn in Nepal kinderen met een beperking bij LFP-scholen geweigerd. Tot slot lijkt het erop dat LFP-scholen vooral kinderen trekt die toch al op school zaten – en niet de kinderen die geen onderwijs volgen.

‘De private scholen zijn effectiever en innovatiever’

Het gebrek aan kwaliteit van het onderwijs ondergraaft de claim van doeltreffendheid. Gestandaardiseerde, universele lespakketten zijn allerminst innovatief en staan haaks op het inzicht dat onderwijs aangepast dient te zijn aan de lokale context. Het onderzoek van GCE laat verder zien dat LFP-scholen soms kort na de oprichting alweer gesloten worden, wat niet bevorderlijk is voor de leerresultaten van de leerlingen en voor de duurzaamheid en effectiviteit van de investeringen.

‘De private scholen zorgen voor keus en concurrentie op de onderwijsmarkt, sluiten beter aan bij de vraag van ouders, en zorgen er zo voor dat het onderwijsniveau over de hele linie verbetert’

De aanname in deze claim is, dat ouders die niet tevreden zijn over hun LFP-school, beter onderwijs zullen opeisen of voor een andere school zullen kiezen. In de praktijk blijkt dat de ‘klanten’, de ouders uit arme huishoudens, in LFP-scholen weliswaar iets vaker betrokken zijn bij de besluitvorming dan in publieke scholen, maar zelden hun kind van school halen bij zorgen over de kwaliteit van het onderwijs. Er is immers vaak geen ander alternatief beschikbaar. Ook is het nog maar zeer de vraag of ouders goed geïnformeerd zijn over de kwaliteit van de school van hun kind – een andere aanname in de claim .

» Download het rapport van GCE-Internationaal: ‘Private Profit, Public Loss: why the push for low-fee private schools is throwing quality education off-track’
» Persbericht van GCE-Internationaal